Vive le camino! Aflevering 11.
Om mijn afscheid te vieren organiseerde de stad gisterenavond een gratis concert symphonique op het binnenplein van het Hôtel de Ville. Een gepaste afsluiter van een huwelijk dat ons allebei beter heeft gemaakt.
Over tot de orde van de dag. Als alles goed gaat, geraken we via vijf dagetappes in Toulouse.
Orde heerst er ook in de rugzak. De rommel zit nu in de heuptas. Alle riemen zijn deftig aangespannen, ook diegene die ik nooit eerder had gezien. Wat maakt dat de rugzak niet langer naar links helt en die schouder niet meer afziet dan de andere. Een evenwichtsoefening die ik bij nader inzien gemakkelijk voor mijn vertrek had kunnen doen. Dus de drie kernwoorden voor vandaag: structuur, orde en evenwicht. Als ik dit herlees, lijkt het bijna alsof ik... Wat is het woord? Juist! Alsof ik voorbereid ben.
Met de koortslip zo goed als weg en de meest hardnekkige korsten van zonnebrand op mijn kaken helemaal verdwenen, maakte ik om acht uur een doorstart. Een nerveuze start, mijn hart bonkte in mijn teen, die gerust meer vertrouwen verdiende. Want de Yves die Castres binnenkwam en de Yves die Castres verlaat, dat zijn twee verschillende mensen. Niet dat ik nu huppelend de vogeltjes groet, maar het begint toch verdacht veel weg te hebben van echt stappen.
Onderweg ontmoet ik eerst een vriendelijke vrouw en daarna een vriendelijke man. In beide gesprekken valt de naam van de abdij van En Calcat. Nochtans staat een kilometer verder de abdij Sainte Scholastique. De eerste voor de broeders, de laatste voor de zusters. Oude zusters, aldus de blijkbaar joodse man, die van regelmatig terugkerende Poolse pelgrims bovendien weet dat het helemaal niet zo leuk is bij hen als bij de broeders. Zowel de man als de vrouw roemen ook de bibliotheek en het intellectuele vernuft van de boekbinders van En Calcat. Mijn reisgids laat mij de keuze, maar het volk heeft al gesproken. Op naar een feestje.
Toch beneemt de twijfel mij als het pad naar de abdij splitst van de camino. Is een ongelovige daar wel op zijn plaats? Aanvaarden ze dat ik dicht bij Gogh wil geraken, niet God. Zullen er geen ongemakkelijke stiltes vallen? Zal niemand merken dat ik niet bid voor het eten? Dan begint het toch wel te regenen, zeker. Als dat geen teken van God is! En uiteindelijk, wat is het ergste dat zou kunnen gebeuren?
Noot van de schrijver: als dat geen cliffhanger is weet ik het ook niet meer.
Reactie plaatsen
Reacties